Vernissage: 10 oktober, 19:00 - 22:00
Een tentoonstelling met werk van Alain Arias-Misson en Paul De Vree, aangevuld met werk van onder andere Gaston De Mey, Henri Chopin, Maarten Inghels, Wim Nival, Guy Schraenen, ...
curator: prof. Christoph Schulz
De tentoonstelling 'thinking-writing' richt zich op werken die een uitbreiding suggereren van de traditionele opvattingen over poëzie en literatuur - en die zo een licht werpen op de relatie tussen de geschreven en de beeldende kunst. Ze breiden het idee van schrijven en lezen uit en zijn een uitnodiging om na te denken over hoe beeldende kunst en literatuur elkaar niet alleen aanvullen, maar zelfs op fascinerende manieren met elkaar kunnen verweven.
Paul de Vree, geboren aan het begin van de 20e eeuw in Antwerpen, staat bekend om zijn concrete en visuele poëzie en is een legendarische figuur in de geschiedenis van de experimentele poëzie, wiens invloed tot op de dag van vandaag voortduurt. Samen met zijn tijdgenoot Paul van Ostaijen, ook een Antwerpenaar, is hij een van de internationaal bekende “Vlaamse stemmen” op dit gebied. Maar in tegenstelling tot Van Ostaijen, die al in 1928 overleed, kon hij zijn werk blijven ontwikkelen en nam hij deel aan het ontwaken van de kunst in de jaren 1960 en 1970 - twee decennia uit de recente kunstgeschiedenis waarin veel kunstenaars gevestigde opvattingen over wat de verschillende kunstdisciplines zijn op de proef stelden en hun conventies radicaal in twijfel trokken. De tentoonstelling biedt de gelegenheid om zelden geziene werken uit de familie van de dichter te ervaren, waaronder de korte film Mijn Evanaaste (1963) met geluidsgedichten voorgelezen door de Vree.
In feite kan Antwerpen worden beschouwd als de “geheime hoofdstad” van het poëtisch experiment in België: naast de twee genoemde dichter-kunstenaars woonde hier in die tijd ook galeriehouder en publicist Guy Schraenen, die een invloedrijke uitgever werd van kunstenaarsboeken - waarvan vele eigenlijk dichtersboeken zijn. Zijn multimediale literaire tijdschrift AXE (1975-76), waarvan exemplaren beschikbaar zullen zijn in de tentoonstelling, is misschien wel het meest spectaculaire van zijn prestaties: opgevat als portfolio's met originele bijdragen zoals posters, ansichtkaarten, uitsnedes, vouwbladen en vinylplaten diende AXE echt als een gedrukte tentoonstellingsruimte tussen de omslagen - met de mogelijkheid om deze uit te vouwen en uit te breiden door de opgenomen werken te presenteren als een ruimtelijk arrangement.
Alain Arias-Misson, geboren in Brussel in 1936, was een goede vriend van Paul de Vree. Ze werkten nauw samen bij vele tentoonstellingen en waren enige tijd samen redacteur van het tijdschrift De Tafelronde dat de Vree in 1953 had opgericht. Concretisme is een gloednieuwe en omvangrijke cyclus van 42 fototypografische visuele gedichten rechtstreeks afgedrukt op microbetonpanelen die hier voor het eerst worden gepresenteerd. Op basis van de letters van de titel van het werk arrangeert Arias-Misson figuurtjes die de afzonderlijke letters over het oppervlak bewegen om verzen te vormen op een anagrammatische manier: zijn poëtische alter ego's zijn met veel enthousiasme en aanzienlijke fysieke inspanning aan het werk. Soms verschijnen ze als ambachtslieden die de tekens met kracht naar de juiste plek slepen of duwen, soms als clowns die de letters als maniakken over de panelen schoppen en soms als denkers met overdreven pathos in hun houdingen - een ironisch element natuurlijk. Wat er op het eerste gezicht zo speels en zelfs uitbundig uitziet, mag echter niet verhullen dat dit werk rijk is aan toespelingen: zowel op literaire verwijzingen als op oude numerologische symboliek.
In 1968 zette kunstenaar Gaston de Mey, die in Eeklo woonde, een onverwachte artistieke stap tegen de achtergrond van zijn vroege werk. Hij verliet de figuratieve schilderkunst en wijdde zijn leven aan het tekenen en schilderen van letters. Er valt niets te lezen op deze doeken met hun ingewikkelde geometrische arrangementen en patronen van schijnbaar willekeurige alfabetische tekens. Toch nemen ze de kijkers mee in een voortdurende zoektocht naar betekenis in zorgvuldig gecomponeerde labyrinten van letters. De geschiedenis van de visuele poëzie die ver teruggaat in het verleden van vele culturen over de hele wereld was een belangrijke inspiratiebron voor hem.
De selectie werd aangevuld met werken van kunstenaar Wim Nival en schrijver Maarten Inghels. Voor zijn poëtische objecten gebruikt Nival afgedankte alledaagse voorwerpen zoals toetsenborden van oude typemachines, houten drukletters, notitieboekjes en oude boekomslagen die hij vindt op zijn uitstapjes naar rommelmarkten en past hij er interventies op toe. Vaak gebruikt hij Letraset letters om ze te bedekken met een laag abstract ogende patronen van alfabetische tekens - hij verandert het gewone in iets onbekends dat een poëtische kwaliteit onthult. De beeldende werken van Maarten Inghels zijn vaak concrete gedichten, soms gemaakt van zijn eigen publicaties die hij terughaalt van de tweedehandsmarkt of overstock liquidaties. Door zijn afgedankte boeken om te vormen tot objecten blaast hij nieuw leven in wat zijn voormalige lezers hebben uitgezocht en geeft hij ze een tweede kans - als kunstwerken. Zijn ander beeldend werk is vaak gebaseerd op 'dingen die van ons allemaal zijn' zoals Scheldewater, droedels van kinderen of papieren vliegtuigjes.
Falconplein 17-19
2000 Antwerpen
+32 486 20 27 78
info@coppejansgallery.be
Openingsuren:
donderdag – vrijdag – zaterdag – zondag: 13.00 – 17.30
juli en augustus: gesloten op zondag